De Linge slingert lui,
haar wilgen geknot en
ons brood breekt broos
de boomgaard bloeit gul
zwaluwen zwenken zwierig en
de zalm smaakt zacht
lebberende lammetjes tussen
paar’lende paardenbloemen en
de kip is koud, de wijn wit
een gegroefde boer groet ons en
ons klein, maar waarachtig Eden
nog geen spoor van appel of slang.
Thomas van der Steen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten