Bretagne (2)
Precies zoals ik in de vorige Leunstoel voorspelde is de hemel tegen lunchtijd blauw met hier en daar een toefje wit. De zee is zo dichtbij dat ik ‘m ruik. Een verkeersbord langs het smalle weggetje waarschuwt dat ie sans issue is. Ah, doodlopend, beter kan niet.
De baai wordt begrensd door ruige rotsen. Tientallen bootjes dobberen aan hun boeien. Het strand is goudgeel, het zand fijn. Aan de Côte d’Azur zou het afgeladen zijn. Maar hier blijft het bij wat bejaarden, een paar gezinnen en een verloren puber.
Er is dan ook maar één eettent, een café en een man die in zijn caravan crêpes bakt. De berg lege potten Nutella erachter zou Damien Hirst voor een vermogen aan Tate Modern verpatsen.
Ik heb er al 35 kilometer opzitten dus veroorloof me een rijke lunch in restaurant Vue de Mer. Eerst charcuterie uit de streek, daarna mosselen met friet. Tot slot kaas geserveerd met verse vijgen. Als ik na de koffie terug naar het strand loop zie ik dat de dobberende bootjes ondertussen als oorlogsinvaliden schuin op hun kiel op het zand rusten. Dat is waar ook, het verschil tussen eb en vloed is hier het grootst van heel Europa.
De lunch geeft me energie om kilometers te maken. Gedragen door een oostenwind stuif ik voort. In Perros-Guirec zie ik voor een kerk een oorlogsmonument dat me bekoort. De ellenlange namenlijst van slachtoffers van la Grande Guerre in graniet. Ervoor een beeld van de weduwe van Louis Lariven. Tenminste, naar die naam wijst ze. Haar kinderen, een peuter en een kleuter, volgen met hun ogen de gestrekte arm van mama. Een versteend tableau vivant.
De naam Le Merrer komt trouwens vier keer op die lijst voor. Voor de romantiek van Saving Private Ryan was - het leven van een vierde zoon werd gered - in de Eerste Wereldoorlog geen plaats. Pierre, Guillaume, Félix maar ook Yves sneuvelden in de godvergeten modder van Verdun of Ieper.
Westwaarts fietsend kleuren de rotsen roze, onmiskenbaar heb ik de Côte de Granit Rose bereikt. Het natuurfenomeen maakt extra indruk omdat ik moederziel alleen ben. Elon Musk wil ons naar Mars schieten, ik waan me al op de rode planeet. Ik stap af om de stenen beter te bekijken. Ze zien eruit als onbewerkte aanrechtbladen. Ik volg de kustweg en de rotsblokken worden steeds grilliger van uiterlijk. Erosie vormde een steen tot een eenogig gezicht dat balanceert op de punt van een andere rots. En alles roze, het lijkt wel een creatie van Dali.
In Trégastel sla ik linksaf en verlaat de kust. Verder landinwaarts ligt een fenomeen dat ik moet zien. Een antenne, gebouwd in 1962, om televisiebeelden naar Amerika te stralen en andersom. Om de kwetsbare antenne te beschermen tegen weer en wind hebben ze er een ballon omheen opgeblazen. Van verre zie ik de witte bal in het landschap liggen en hij wordt groter en groter. Als ik vlakbij ben lijkt het wel of ik naar een driedimensionale vlag van een nieuw land kijk. De onderste balk is een gifgroene band van pas gemaaid gras, in het midden die 50 meter hoge spierwitte bol en boven een staalblauwe balk van de wolkenloze lucht.
Als ik ‘s avonds in de schemer terugfiets naar het vakantiehuisje loopt de kortste route door een veld met bloeiende artisjokken. Vleermuizen fladderen onberekenbaar en onheilspellend boven mijn hoofd. Pas in bed brengt het regelmatige geluid van de branding me weer tot rust.
Thomas van der Steen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten