zaterdag 20 juli 2013

Fasten your Seatbelts

        Fasten Your Seatbelts



Eindeloos geouwehoer over het weer is mij een gruwel. Ik trek ‘s ochtends de gordijnen open en zie - en aanvaard - wat voor weer ‘t is. Dinsdag 7 mei begint in ieder geval schitterend. Een wolkenloos zwerk zover het oog reikt. Sterker nog, op de radio wordt gesproken van een heuse stranddag. Laat ik daar maar gehoor aan geven dan. Op naar de kust!


Maar op de fiets van Hilversum naar Zandvoort is me te ver. Dat is heen en terug meer dan 100 kilometer. Ik fiets voor de lol, het decor, de natuur en niet om kilometers te maken. Met de auto, fiets achterin, rijd ik naar Amsterdam-Noord. Bij een voetbalclub parkeer ik de auto en vervolg trappend mijn weg. Met het Buiksloterwegveer steek ik ‘t IJ over. Vanaf de Ruyterkade vertrekt een heel bijzonder veer: de Fast Flying Ferry. Met draagvleugelboten ooit gekocht in de Oekraïne onderhoudt Connexxion een dienst tussen Amsterdam en IJmuiden. De lijn wordt eind dit jaar opgeheven en deze levenservaring wil ik beslist niet missen.


Mijn fiets mag mee op het achterdek van de Voskhod 2M-FFF. Via een ijzeren trappetje daal ik af naar de passagiersruimte. Buiten is het schip in de overbekende groene Connexion-kleuren geschilderd. Maar binnen ademt alles Oostblok anno 1953. Behalve dan het videoscherm waarop een instructiefilmpje vertoond wordt. Een stewardess laat in het filmpje zien hoe de gordels vastgemaakt moeten worden en waar - onder mijn stoel - het zwemvest ligt. Door de jaren zijn er wat aanvarinkjes geweest dus voorzichtigheid is geboden. Inmiddels passeren we het hoog-op-de-poten staande Rem-eiland. Het verkeer op ‘t water wordt rustiger en de gaskraan gaat open. Het schip verheft zich en op zijn vleugels bereiken we de topsnelheid van 70 km/u. De ferry dendert over de golven van het Noordzeekanaal richting IJmuiden. Of eigenlijk Velsen-Zuid want daar meren we af.
Nu is het louter westwaarts fietsen naar zee. Dat valt nog tegen, ‘t is 10 kilometer volgens de borden. Daarom gebruik ik maar eerst de lunch in de Visserijhaven. Veel dichter bij ‘t vuur kun je niet komen als kibbelingfan. Misschien is mijn snack wel gevangen in de Beringstraat, verwerkt in Anchorage, Alaska en via de Azoren hier in de frituurpan terechtgekomen. Maar ik hoop dat de vis uit de trawler IJM 99, die hier aan de kade ligt, komt.
Verder fietsend merk ik dat de zon stilaan feller en warmer wordt. Het is een echte stranddag geworden. Ik zet mijn fiets in een rek en loop het strand op. Het is eb en de zee lijkt mijlenver. Maar het wandelt lekker in de brandende voorjaarszon en ik wil zwemmen. Er zijn maar een paar andere durfallen in de branding. Gestript tot mijn fietsbroek laat ik me voorover in het water vallen. Veel te koud natuurlijk maar de doop is volbracht. Terug bij mijn fiets ben ik alweer droog.


Ik besluit langs de Hoogovens te fietsen want ik ben gek op industrie. Tot grote ergernis van mijn vrouw. Als ik bewonderend kijk naar de glimmende, zilveren buizen, de rokende koeltorens en de bedrijvigheid van de DSM langs de A2 kijkt zij ostentatief de andere kant op. De mooiste ervaring ooit op dat gebied was toen we in de avond langs Ludwigshafen reden. De zon zonk nét achter de horizon en uit tientallen schoorstenen schoten tot de hemel reikende vlammen. Dat onheilspellende beeld moet Dante voor ogen hebben gehad toen hij zijn Inferno schreef.
Hier word ik ook niet teleurgesteld. Bruggen, sluizen, sleepboten, kades, loodsen, water, vrachtschepen en immense zuigarmen. Ondanks de crisis draait Tata Steel op volle toeren.


De oorzaak van het onverwachte mooie weer is een snoeiharde oostenwind. Als ik niet in de luwte van de fabriek rijd moet ik me ‘t lazarus trappen om überhaupt vooruit te komen. Opgelucht bereik ik de Pontweg in Velsen-Noord. De pont brengt me naar de overkant waar de draagvleugelboot al nerveus op de golven dobbert. Opnieuw omgord ik de veiligheidsriemen en geniet van een half uur lichamelijke rust. De Voskhod doorklieft onderhand stoer en snel het schuimende water. Achter het Centraal Station hijs ik me op mijn fiets, roodverbrand van buiten maar glunderend van binnen.


Thomas van der Steen